Ina van Asseldonk – van de Moosdijk


Tai Chi houdt mij in beweging

Ina van Asseldonk - van de MoosdijkIna van Asseldonk (52) werd in Uden geboren en groeide op in een gezin met een oudere broer en een jongere zus. Toen ze 8 jaar was verhuisde het gezin naar Valkenswaard in verband met vaders werk bij Philips. Eigenlijk had ze vanaf haar 11de al pijnklachten maar niemand wist toen wat het was. Ik word door Ina hartelijk verwelkomd maar meer nog door haar twee piepkleine hondjes die net zoveel kabaal maken als één grote. Maar ja, zij moeten tenslotte het huis bewaken.

 

Liever geen pubers
“Na de havo ging ik naar de lerarenopleiding en op kamers in Tilburg. In het derde jaar moesten we stage lopen en pas toen kwam ik erachter dat het niets voor mij was. Lesgeven aan een klas met pubers zag ik echt niet zitten. Ik ben weer thuis gaan wonen en heb twee jaar vwo in één jaar gedaan. Met het vwo diploma op zak ben ik biologie gaan studeren in Nijmegen. Ik wilde graag als milieukundig medewerker aan de slag, bijvoorbeeld bij de gemeente. Na mijn studie, ik was toen 26 jaar, kon ik geen werk vinden. Een jaar later ben ik getrouwd en begon ik met een cursus milieurecht. Toen ik zwanger was van onze eerste dochter stopte ik er weer mee omdat ik veel klachten had. We hebben 2 dochters van 19 en 22 jaar. Ze wonen allebei nog thuis.”

 

Romantiek in het ziekenhuis
“Ik had al klachten vanaf mijn 11de jaar. Toen ik 18 jaar was zijn mijn enkelbanden ingekort tijdens een operatie omdat mijn enkels steeds omzwikten. Een jaar later, toen ik voor de tweede enkel in het ziekenhuis lag, heb ik daar mijn man leren kennen. Hij had een motorongeluk gehad en zijn voeten en arm waren kapot. Het was liefde op het eerste gezicht. We ontmoetten elkaar in de recreatieruimte waar we aan de praat raakten. Toen lagen mannen en vrouwen nog niet bij elkaar op de kamer. Hij lag meer dan drie maanden in het ziekenhuis en ik maar tien dagen. Maar ik ging hem natuurlijk zo vaak opzoeken als ik kon. En zo is het begonnen. In juni zijn we 25 jaar getrouwd.”

 

Hypermobiliteitssyndroom
Pas op mijn 35ste, toen ik aan mijn schouders was geopereerd en ik revalideerde in Blixembosch,  stelde de revalidatiearts daar de diagnose hypermobiliteitssyndroom. Het betekent dat mijn bindweefsel, gewrichtsbanden en pezen te los zitten waardoor alles veel meer moeite kost. Je krijgt ook eerder artrose met deze aandoening. Later stelde dokter de Nijs in het Máxima Medisch Centrum in Eindhoven vast dat ik ook een bindweefselafwijking heb. Hij noemde het een neefje van fybromyalgie. Tijdens mijn zwangerschappen had ik meer klachten. Er zijn niet echt medicijnen voor, ik heb twee pijnstillers: arthrotec en morfinepleisters. Door het hypermobiliteitssyndroom werkt narcose minder en dus heb ik bijvoorbeeld bij de tandarts extra verdoving nodig.”

 

Op goed advies
“Bij Blixembosch gaven ze goede adviezen op het gebied van fysiotherapie, ergotherapie, hulpmiddelen en semi-orthopedische schoenen. Sinds die tijd loop ik ook met een rollator. Dat vond ik in het begin wel moeilijk. Maar toen ik op het schoolplein stond met mijn rollator om mijn dochter van vier op te halen en ik van de andere moeders positieve reacties kreeg, ja, toen was ik er overheen. Sinds drie jaar heb ik een chronische dikke darmontsteking, lymfocytaire colitis. De oorzaak kan het bindweefsel zijn maar ook de medicijnen. Ik houd me aan een glutenvrij dieet en sindsdien heb ik minder klachten. Daarnaast heb ik een trage schildklier, te hoge bloeddruk en diabetes.”

 

Dan maar een poppenhuis
“Ik sta positief in het leven. Als het op de ene manier niet kan, dan moet het maar op een andere. Ik wil graag doen wat anderen ook doen. Zo normaal mogelijk leven. Dat gaat soms ten koste van mezelf. Zo gingen we tijdens mijn studie biologie op excursie naar Oostenrijk om onderzoek te doen naar de vegetatie daar. Mijn vriendin is ’s avonds naar de professor gegaan om te vertellen dat ik de volgende ochtend echt niet mee kon. En ik kon het ook niet, maar zelf zou ik dat nooit verteld hebben. Ik ben toen met een begeleider in het hotel gebleven. Mijn hulp vertelde laatst dat ze in het weekend de kozijnen had geschilderd. Daar hoef ik niet eens aan te denken. Als ik geen huis kan schilderen, dan maar een poppenhuis. Het poppenhuis van mijn zus en mij van vroeger ga ik helemaal opknappen. Ook maak ik accessoires voor poppenhuizen.” En dat doet ze erg goed. Ze staat ermee op de poppenhuizenbeurs, die tweemaal per jaar in Eindhoven wordt gehouden.

 

Voor de gezelligheid
“Mijn gezin komt op de eerste plaats. Zij zijn het gewend dat ik op tijd rust moet nemen. Als we ergens naartoe gaan, de Efteling bijvoorbeeld, kan ik mijn rollator ombouwen tot een rolstoel. Boodschappen doe ik op mijn elektrische fiets en als ik veel nodig heb, gaat mijn man mee. Maar verder ga ik niet gemakkelijk ergens alleen naar toe. In je eentje met het openbaar vervoer is erg onhandig met de rollator. Ik ben lid van de scootmobielvereniging, samen met mijn ouders. Voor de gezelligheid, want ik heb geen scootmobiel. Elke twee weken komen we bij elkaar. Er zijn activiteiten zoals een kerstbrunch, bingo enzovoort. Heel gezellig. In de zomer trekken ze er regelmatig op uit. Een rit van 20 tot 30 km naar museum Bevrijdende Vleugels in Son bijvoorbeeld, dan ga ik met de auto mee.”

 

Goed geregeld
“Ik ben lid geworden van de reumavereniging omdat mijn ouders ook lid zijn. Ze zijn 82 en 81 jaar. Op dinsdag ga ik altijd naar mijn ouders en dan ga ik samen met mijn moeder naar tai chi. We hebben er veel baat bij. Het is belangrijk om te blijven bewegen. Ook om te blijven lopen, ondanks de pijn. De tai chi bevalt goed, als het even niet lukt, kan ik een tandje lager zetten of even gaan zitten. Samen gingen we ook naar Arcen en samen met mijn vader gaan we nog steeds naar de bingo. Zonder hen vind ik het niet zo gezellig. We zijn ook mee geweest naar de Floriade. Dat was goed geregeld! Bij aankomst stonden de scootmobiels al voor ons klaar.  Wat ik de lezer wil aanbevelen? Blijf positief en blijf lachen!”

Juni 2016, nummer 174